Bron: Kelchtermans et al. – Worstelen met werkplekleren. Deel 1: naar een beschrijvend model van werkplekleren.

NAAM BRON: Worstelen met werkplekleren. Deel 1: naar een beschrijvend model van werkplekleren.

TYPE BRON: Artikel

AUTEUR: Kelchtermans et al.

APA:

Kelchtermans, G., Ballet, K., Cajot, G., Carnel, K., März, V., Maes, J., Peeters, E., Piot, L., & Robben, D. (2010). Worstelen met werkplekleren. Deel 1: naar een beschrijvend model van werkplekleren. Velon Tijdschrift voor Lerarenopleiders, 31(1), 4–11. Geraadpleegd op 9 september 2021, van https://lirias.kuleuven.be/retrieve/266341

CONTEXT: Praktijkleren

VERZAMELING VAN MATERIAAL UIT DE BRON:

 

Onder professionele ontwikkeling verstaat Kelchtermans et al. (2010, pp. 4) het levenslange leer- en ontwikkelingsproces dat uitmondt in betekenisvolle interactie tussen de lerende en de context waarin permanent ervaringen worden opgedaan.

Om te spreken van professionele ontwikkeling is het noodzakelijk om ervaringen reflectief te verbinden en te integreren met aanwezig kennis en opvattingen van de lerende. Zo ontwikkelt de lerende en breder, verfijnder en effectiever handelingsreptoire en ook een gefundeerde kennisbasis over professionele opdrachten en situaties (Kelchtermans et al., 2010, pp. 4). à Reden tot verbinden foto, aansluitend bij onstenk

De reflectie op het handelen betekent ook een kritiek op het reflecteren wanneer dit wordt gereduceerd tot technische aspecten van kennis en vaardigheden. Ondanks dat het leerkrachtschap een technische dimensie kent moet er ook plaats zijn voor de morele, politieke en emotionele aspecten van het beroep (Kelchtermans et al., 2010, pp. 4-5) à Voor wanneer antwoorden verbreden

De opleidingsdidactische uitdaging is om ervoor te zorgen dat, in interactie met elkaar, theoretische kaders en praktijkervaringen elkaar te laten versterken. (Kelchtermans et al., 2010, pp. 5) à Reden tot gesprek

Het werkplekleren kent drie belangrijke personen: de student met de educatieve behoeften, de mentor als sleutelfiguur vanuit de stageplaats en de stagebegeleider vanuit het opleidingsinstituut (Kelchtermans et al., 2010, pp. 7) à In relatie brengen met de praktijn INH en vakdocent

Er kan sprake zijn van een werkplekgerichte cultuur of een opleidingsgerichte cultuur (Kelchtermans et al., 2010, pp. 7).

Wanneer er een hoge werkdruk is kan dat leider tot een daling van kwaliteit van leerervaringen binnen het werkplek leren. Er zal dan een proces onstaan van ‘adaptief’ leren in plaats van ‘innovatief’ en ‘creatief’ leren (Kelchtermans et al., 2010, pp. 7).

Essentieel in de leerbegeleiding is dat het persoonlijke interpretatiekader verfijnd wordt en er dus professionele ontwikkeling plaatsvindt. Er is in dit proces nood aan het verwoorden van denk- en handelingsprocessen. Wanneer deze voorwaarden voor leerbegeleiding (in tijd, competentie, …) onvoldoende aanwezig zijn is de kans groot dat de begeleiding beperkt blijft tot werkbegeleiding waarin weinig mogelijkheden tot professioneel leren zijn (Kelchtermans et al., 2010, pp. 8). à In relatie met competentie en ranciere

‘De feedback van de mentor is vaak situatiegebonden en raakt nauwelijks theoretische principes van het leren van leerlingen aan’. (Kelchtermans et al., 2010, pp. 7)

Er is geen congruentie tussen het leren op de werkplek en het leren op het opleidingsinstituut wanneer de mentor in de praktijksituatie nauwelijks de theoretische principes aanraakt. Er is dan weinig sprake van een professionele ontwikkeling op de werkplek. Er is dan sprake van werkbegeleiding, waarin het leerpotentieel binnen de professionele ontwikkeling achterwege kan blijven (Kelchtermans et al., 2010, pp. 6-7) à BOVENSTAANDE SAMENGEVAT

Het is van belang om vanuit de opleiding transparante leerdoelen te formuleren vanuit een holistische opleidingsvisie in de lerarenopleiding (Kelchtermans et al., 2010, pp. 9). à In Relatie TOT LU

Vanuit de opleiding wordt gewerkt met competenties waarover zowel student, mentor als opleidingsinstituut een standpunt innemen over inhoeverre de competenties zijn behaald (Kelchtermans et al., 2010, pp. 10).

Werkplekleren vraagt van studenten dat ze kunnen en willen leren. Het vraagt een actieve en zelfsturende opstelling (Kelchtermans et al., 2010, pp.10) à Bij de uitkomsten in relatie brengen met