Het publiek en de nukken

Beste publiek,

Ik ben iets over jullie te weten gekomen. Ik heb jullie nu menigmaal mogen observeren  en mij viel iets op over het publiek in het algemeen.

Het publiek:

Ze komen binnen. Ze gaan direct zitten op de stoel in de zaal, zodat de gratis consumptie bewaard wordt tot in de pauze. Het publiek zit, allemaal (op een enkeling na), tien minuten voor aanvang al klaar in de zaal.

De voorstelling begint en bij ieder moment van ijzige stilte, spannend conflict of wrange situatie wordt er even door de voorstelling heen gepraat. Ik hou me maar voor dat dat uit ongemak is, omdat je een bekende ineens geslagen ziet worden in theaterstuk. Of omdat het gewoon een wrange stilte is, die we op verjaardagen ook altijd vermijden met een korte opmerking als: ‘stilte’ – ‘en hoe gaat het?’ – ‘Kan misschien iets te drinken voor iemand inschenken?’

Dan gaat het verder. Een acteur drinkt een glas cognac leeg en vanuit het publiek wordt geroepen: ‘dat is een hoop thee’.  We zitten niet bij lingo waarbij iedereen uit het publiek zomaar kan roepen waar die zin in heeft – ‘GROEN!’. We zitten niet thuis op de bank, waar je alleen bent! Je zit niet voor de televisie. Nee, we zitten in een zaal opgesloten met 50 andere mensen die allemaal mee gaan in de verbeelding van het moment, totdat er een grapjas ineens iets roept en iedereen uit de verbeelding haalt.

Maar we zijn er nog niet! En dan som ik even gewoon een aantal dingen op: marsen eten tijdens een voorstelling (We zitten niet in de bioscoop!), ritselen met zakjes pepermunt en chips en uitdelen (Je staat niet in de rij bij een attractie in een familiepretpark), teksten aanvullen die volgens jou niet kloppen en heel veel met je buurman praten over hoe gek ze nu wel weer niet doen. En als aanvulling nog het in slaap vallen en hardop in je slaap praten over je droom tijdens een stille scene! BLIJF DAN THUIS! (Alhoewel, misschien wordt de leegloop in het theater dan nog groter).

Misschien ligt het aan de voorstellingen, maar dat heb ik nog niet ontdekt. Misschien is het de tijdsgeest, maar dat weten we pas over een paar jaar. Misschien ben ik wel een hele nare man, maar dat is aan anderen.